Deze kapel bevindt zich op het "Heideblomplein", grenzend aan de Landwaartslaan, de Kleinven en de Boxbergstraat. Het perceel is eigendom van de stad Genk. De kapel heeft een rechthoekig grondplan van 2,29 meter lengte en 1,75 meter breedte. Aan de achterzijde is een kunstwerk aangebracht in gres of steengoed, dat de Heilige Barbara voorstelt. De Heilige Barbara houdt in haar rechterhand een toren, haar attribuut, en in haar linkerhand een mijnwerkerslamp. Zij is de patroonheilige van de mijnwerkers en vormt het centrale deel van dit driehoekige kunstwerk. Links en rechts van haar zijn knielende mijnwerkers afgebeeld, elk met een houweel in de hand en kijkend naar de Heilige Barbara. Het kunstwerk werd in 1957 gemaakt door Frans Cox.
Historiek
Deze kapel werd in 1950 opgericht op initiatief van pater Coupé, ook bekend als "het poaterke", samen met de KAJ, VKAJ en mijnwerkersbrancardiers. KAJ-leider Tony Meyvisch vroeg Leonard Beerden en Albert Leliaert van de mijnwerkersbrancardiers om te helpen bij de bouw van de kapel. Pater Coupé ontwierp een plan en vond de broers Albert en Jozef Goossens bereid het kapelletje te metselen. Fons Baldewijns verzorgde het pleisterwerk. De kapel had twee nissen, één aan de voorzijde (gericht naar het huidige "Heideblomplein") en een voorlopig lege nis aan de achterzijde.
Op zondag 29 april 1951 werd de kapel ingezegend. Helaas werd het eerste Mariabeeld door vandalen gestolen en moest het vervangen worden. Rond 1990 werd de kapel bekend als de Barbarakapel. Op zondag 3 oktober 1954 liet pastoor M. Boonen de kerkraad weten dat hij graag een Sint-Barbarabeeld wilde aanschaffen om de lege nis aan de achterzijde op te vullen. De Genkse beeldhouwer Raf Mailleux ontwierp een modern beeld, dat in keramiek werd gebakken en in de zomer van 1957 werd geleverd. Het beeld werd ingewijd op 26 mei 1958, na de eerste steenlegging van de eerste acht definitieve klaslokalen aan de Boxbergstraat.
Ook het tweede Mariabeeld verdween door vandalisme. Op verzoek van pastoor Jan Oosterbos zorgde de Schuttersgilde Sint-Antonius in 1988 voor een nieuw beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Banneux. Dit beeld werd ingezegend op 30 mei 1988. Toen dit derde beeld in maart 1989 eveneens werd vernield, zorgde de Schuttersgilde opnieuw voor een vervanging: een Stella Maris (Sterre der Zee). Voor de veiligheid werd er nu een afrastering geplaatst, en dit beeld staat er gelukkig nog steeds.